Gisteren werd ik even terug gekatapulteerd in de tijd…
Terwijl we in de zetel een aflevering van FC De Kampioenen keken, herinnerde ik me plots het moment waar we exact die scene op school moesten naspelen. Ik zal een jaar of 15 geweest zijn…
Enerzijds wilde ik toen verdwijnen, bang voor het oordeel van anderen op dat wat ik te doen had want iets doen voor publiek, was toen al niet aan mij besteed… Zweten, half hyperventileren (of zo voelde het toen toch), een volledige black out, stotteren en fout spreken,… Anderzijds wilde ik graag actief deelnemen, niet omdat de opdracht samenhing met extra punten maar omdat ik dit (heeeeel diep vanbinnen) heel graag deed… Maar ik wilde niet uitgelachen worden, ik was intens bang voor het oordeel van anderen…
In het verleden uitgelachen wanneer ik iets voor publiek moest doen, primeerde de angst, deed ik alsof ik het belachelijk was en ik hier niet aan mee wilde werken. De rol die me toen toegekend werd, herinner ik me zelfs niet. De beelden die gemaakt werden, heb ik nooit willen bekijken…
Wat me vooral bij blijft is de angst. Angst voor oordeel en een gevoel van jaloezie. Jaloezie want “hoe vrij moet het wel niet voelen om gewoon te doen wat je graag doet, zonder constant na te moeten denken wat een ander er over zou denken en hoe ze zouden reageren,…”
Terwijl ik enkele tranen over mijn wangen voel rollen, neem ik de tijd om verder terug in de tijd te gaan: wanneer begon ik zoveel belang te hechten aan het oordeel van anderen? Wanneer ben ik mezelf beginnen wegcijferen om te voldoen aan dat wat ik DACHT dat anderen van me verlangden?
Het ene na het andere moment flitst voorbij: elk schoolfeest, elke boekbespreking, elke mondelinge toets, mijn vormsel, mijn eerste communie,… tot ik uitkom in de 3de kleuterklas… Een moment waar mijn moeder me gedragsregels leert… Uiteraard bedoel ik dit in geen enkele zin negatief naar mijn moeder: zij deed wat elke ouder (in die tijdspanne zeker) deed om ervoor te zorgen dat haar kind maatschappelijk aanvaardbaar gedrag stelde.
Ik stak, in mijn spel, al lachend mijn tong naar haar uit. Een beetje uitdagend, zoals de speelvogel die ik was, want het gebeurde wel vaker dat dit mocht uitdraaien op een grote kietelpartij waar ik telkens zo van genoot. Deze keer werd haar gezicht echter serieus, ze zette me op de trap en kwam gehukt voor me zitten: “Sabrina, je bent nu echt te groot geworden om zo maar je tong uit te steken. Dit is onbeleefd, hoort niet en mag echt niet meer.”
Hier neemt overweldigend verdriet het over: de herinnering aan hoe dit moment voelde, hoe ik sindsdien al mijn acties en woorden in twijfel trok en trek, bang voor wat anderen zouden denken en zeggen, bang uitgesloten en niet graag gezien te worden… Dansen, zingen, ongeremd spelen,… draaiden stilaan in introversie en angst. En zo werd de enige plaats waar ik ongeremd mezelf mocht en kon zijn, het bos wanneer ik helemaal alleen was.
Ondertussen zijn we vele jaren verder maar worstel ik hier nog mee. Stilaan begin ik hier uit te breken maar op een heel stille en bescheiden manier. Het frustreert me want “hoe vrij zou ik me voelen als het oordeel van anderen, van de maatschappij zou wegvallen”
Heb ik fouten gemaakt? Amai nog nie!!! Enorm veel waar ik (nog) dagelijks bewust aan werk en ik maak er nog enorm veel! Maar ik heb niemand schade berokkent en het gewicht van het oordeel dat hier op hangt, mag ik zelf geven. Dit is niet aan een ander tot die fout invloed heeft op het leven van de ander.
Waarom moet dit oordeel er zijn? Wie bepaalt wat ik wel of niet mag doen? Wie bepaalt wat oké is en wat niet? Wie bepaalt of ik bepaalde dingen wel of niet mag zeggen?
… Niemand toch? Want niemand voelt wat ik voel… Niemand leeft mijn leven… En niemand ziet mijn wereld/mijn leven zoals ik het zie…
Net zoals het niet aan mij is om te oordelen over acties,… van anderen. Want wie ben ik om over een ander te oordelen?
En zo zijn we beland in een wereld van "niet goed genoeg", aan ons om een weg te zoeken naar "ik ben helemaal goed zoals ik ben".
Hoe doe jij dit?
Reactie plaatsen
Reacties